AANHECHTEN MET EEN OMGEKEERDE SLIPKNOOP

aanhechting met een omgekeerde slipknoop

Aanhechten met een omgekeerde slipknoop….. waarom en hoe?

Waarom wil ik op deze manier aanhechten…. Daarvoor moet ik eerst wat van mijn achtergrond vertellen…. Ik ben m’n hele jeugd en nog lang daarna bezig geweest met volksdans. Toen ik 19 jaar was werd ik door een voorstellingsdansgroep gevraagd om mee op te treden met volksdansen in choreografie, met echte of goed nagemaakte klederdrachten.

Een van die klederdrachten was Yougoslavisch, met prachtige witte blouses met  rood kruissteekborduurwerk, deze waren door mijn voorgangsters geborduurd. Deze kleding moest natuurlijk voor ieder optreden netjes gestreken worden!

Helaas had een van de dames die deze blouses geborduurd hadden de bekende gewoonte om een dikke knoop in het borduurgaren te maken en dan te gaan borduren. Bij het strijken van deze blouses drukten deze knoopjes altijd door de stof heen, waardoor het borduurwerk nooit mooi glad werd…..

Toen ik eenmaal zelf ging borduren merkte ik al heel snel dat ik dus niet met een dikke knoop in m’n borduurgaren moest aanhechten, en heb heel wat manieren uitgeprobeerd om zo’n dikke knoop te vermijden.

DE OMGEKEERDE SLIPKNOOP:

Iedereen die weleens haakt of breit kent de slipknoop, een eenvoudige lusknoop waarbij je de lus groter of kleiner kan maken of helemaal uit kan trekken. Gewoonlijk is de knoop zo gemaakt dat het draadeinde geknoopt wordt en de lus vanaf de bol of de werkdraad uitgetrokken kan worden. In dit geval maak je de ze slipknoop juist andersom in de draad, zodat het draadeind losgetrokken kan worden. Het voordeel van deze aanhechting is dat je vanaf de eerste steek een goede gelijkmatige draadspanning kan houden, en toch het draadeind zonder knoop weg kan werken.

Omgekeerde slipknoop, dit is een tijdelijke aanhechting die ik gebruik voor dikkere siergarens, zoals gouddraad, metallic koord, gimpkoord en perlégaren. Als het borduurwerk klaar is kan deze slipknoop uitgetrokken worden en kan de draad aan de achterkant in het borduurwerk weggewerkt worden.

Neem de draad ca. 5 cm van het eind tussen duim en wijsvinger, en wikkel dit eenmaal om de wijsvinger.

Haal het draadeind gedeeltelijk door deze lus heen, en trek de knoop vast.

Steek van boven de draad in de stof, buiten de vorm waar het borduurwerk gaat komen.

Als het borduursel klaar is, trek dan aan het draadeind om de slipknoop los te maken.

De losgetrokken draad kan naar de achterkant van het werk getrokken worden en verder in de achterkant van het borduursel afgewerkt worden met een paar steekjes.